De mensheid lijkt ervan overtuigd dat ligfietsen en klimmen slecht samengaan. Ook veel ligfietsers zijn ervan overtuigd dat klimmen met de ligfiets langzamer gaat dan op een traditionele fiets. Dit is misschien waar voor sommige ligfietsen en sommige ligfietsers, maar het is geen natuurwet. Integendeel, met het juiste ontwerp en de juiste klimtechniek kan een ligfiets een goede of zelfs uitstekende klimmer zijn. Misschien wel beter dan gewone sportfietsen.
Eerst even over waar het verschil allemaal niet in kan zitten. Het zit er niet in of je op je pedalen kan gaan staan zodat je gewicht ‘helpt’. Want voordat je dat je gewicht op het pedaal kan zetten, moet je eerst jezelf omhoog getild hebben. Meer ‘kracht’ zetten is het ook niet. Ten eerste is kracht nog geen energie; dat is kracht maal verplaatsing. Ten tweede kun je op een ligfiets jezelf in het stoeltje afzetten en dus juist meer kracht zetten dan op een gewone fiets. Wat je overigens vooral niet moet doen.
Nee, de wetten van de fysica zijn onverbiddelijk. De klimsnelheid is gelijk aan het effectieve vermogen gedeeld door het totale gewicht van fietser, fiets en bagage. Daarbij is het effectieve vermogen van de fietser de hoeveelheid energie per seconde die zij in de pedalen duwt minus de verliezen in de pedalen, de ketting, de banden etcetera.
De verliezen die zitten tussen het vermogen van de fietser en het effectieve vermogen zijn over het algemeen niet zo groot, en verschillen bij lage snelheden niet zo sterk tussen de verschillende fietstypes. Uitzonderingen zijn de luchtweerstand bij harde tegenwind, en de rolweerstand op zeer slechte wegen in het geval van kleine wielen. Deze discussie gaat over het overwinnen van hoogte, niet van tegenwind of kinderkopjes. Ik negeer daarom deze uitzonderingen, en de energieverliezen die nauwelijks verschillen tussen de twee fietstypes.
Met de moderne lichtgewicht ligfietsen is het verschil in massa tussen een ligfiets en een traditionele fiets in de orde-grootte van enkele procenten van de totale massa. Dit verschil is zo klein dat het op lange bergritten al gecompenseerd zou kunnen worden puur door het betere comfort van de ligfiets. Want ook dat spaart energie. Het verschil is sowieso te klein om de ligfiets te kunnen afschrijven als slechte klimmer.
Om het af te maken, een test waarbij een ligfiets en een gewone sportfiets bij gelijke massa en gelijk vermogen een berg op reden, gaf aan dat het allemaal niets uitmaakt. Het verschil zit dus ook niet in de energieverliezen. Daar zijn ze gewoon te klein voor.
Korte versus lange klims
Het is echter niet de noemer, maar de teller van de breuk waarin het geheim van het ligfietsklimmen zit. De lichaamshouding heeft invloed op het vermogen dat de fietser kan leveren. Daar blijken wel degelijk grote verschillen in te zitten. Hierbij moeten we onderscheid maken tussen de korte en de lange termijn.
Op korte termijn gaat het, grof gezegd, om de hoeveelheid energie die in de spieren zit en direct kan worden vrijgemaakt. Dit is de energievoorraad die je bij een sprint aanboort.
Zodra deze energievoorraad leeg is, moet hij aangevuld worden door je hart-longsysteem, en in ultimo je spijsvertering. Voorbij de sprint wordt je vermogen dus bepaald door je hart-longsysteem.
Natuurlijk is de grens tussen een sprint en langdurige inspanning niet scherp, maar het onderscheid tussen deze twee energiebronnen essentieel. Je ziet bij wielrenners dan ook dat de sprinters enorm dikke spieren hebben, en klimmers juist heel tenger zijn.
Een traditionele sportfiets biedt de mogelijkheid om andere spieren dan je beenspieren te gebruiken. Dit gebeurt wanneer je uit het zadel komt, het stuur heen en weer gaat wrikken. De spieren in je armen en torso komen in actie. De overdracht van deze energie naar je pedalen gaat natuurlijk lang niet zo efficiënt als die uit je beenspieren, maar extra energie is extra energie dus je gaat harder. Op zo’n klim is een gewone sportfiets sneller.
Maar er komt een moment dat die energievoorraad uitgeput is. Die voorraad kan alleen aangevuld worden via het bloed, dus het hart-longsysteem is de beperkende factor geworden. Dit zijn de klims waarop goede wielrenners in het zadel blijven zitten.
Bloedsomloop en ademhaling
Dan komen we dus nu bij de vraag: Werkt het hart-longsysteem beter op een ligfiets of op een gewone sportfiets? Ik denk het eerste, en heb daar ook goede redenen voor.
Ten eerste de bloedsomloop. Als je staat, moet je hart niet alleen de wrijving van het bloed in je aderen overwinnen, maar ook het hoogteverschil tussen je beenspieren en je hart. Daarbij is de moeilijkheid niet om het bloed naar je spieren te krijgen. De moeilijkheid is om het bloed weer terug bij je hart te krijgen. Niet alleen gaat dat tegen de zwaartekracht in, het is een natuurwet dat zuigen lastiger is dan persen. Vandaar dat er in de aderen van je spieren zelfs kleine hulppompjes zitten om te voorkomen dat het bloed naar je voeten gaat en daar blijft wonen.
Op een ligfiets is dat hoogteverschil heel klein in vergelijking met een gewone sportfiets. De bloedsomloop gaat gemakkelijker; het is aannemelijk dat je hart minder hard hoeft te werken om genoeg energie naar je spieren te krijgen.
Het tweede deel van het systeem is de ademhaling. De lichaamshouding heeft een grote invloed op de hoeveelheid lucht die een fietser door de longen kan pompen. Meer lucht betekent meer vermogen en sneller herstel. Met name op grote hoogte boven zeeniveau speelt dit een rol, vanwege de lagere luchtdruk.
Op een traditionele fiets wordt de ademhaling gehinderd door de voorovergebogen houding en de positie van de schouders. Het concept van de ligfiets geeft een ontwerper veel meer vrijheid om de lichaamshouding te optimaliseren voor maximale ademhaling. Ik denk dat ook dit de ligfiets in potentie tot de beste klimmer maakt op lange klims.
Anders dan bij de bloedsomloop, is mijn ervaring dat de betere ademhaling niet vanzelf komt. Hoe kun je de capaciteit van je longen maximaal benutten? Om het antwoord te vinden, kun je zangles nemen. Ga weg halverwege de eerste les, tegen die tijd weet je wel genoeg. Om goed te ademen moet je rechtop staan, je schouders licht naar achteren, je hoofd omhoog. Zorg dat je ontspannen bent en gebruik zowel je borst- als je buikademhaling.
Vuistregels
Dit is eenvoudig te vertalen naar een paar vuistregels voor zowel het ontwerp van de fiets als de techniek van het klimmen.
- Het lichaam moet relatief gestrekt zijn. Het ligfietsequivalent van rechtop staan is gestrekt liggen. Dit geeft ruimte aan je buikademhaling. Hiervoor moet het bracket relatief laag zitten en de stoel moet vrij vlak staan. Dit gaat lijnrecht in tegen de wijdverspreide opvatting dat de zithoek groter moet zijn in de bergen. Het betekent ook dat noch een volbloed lowracer, noch een tourligfiets ooit een echt goede klimmer kan worden. Een echte klimligfiets heeft de stoel van de eerste en het bracket van de laatste.
- De schouders moeten enigszins naar achteren worden gehouden. Het ontwerp en de afstelling van het stuur moeten dusdanig zijn dat de armen ontspannen zijn en bewegingsruimte geven aan de schouders. Een extra voordeel is dat de ontspannen armspieren meehelpen aan het afbreken van melkzuur. Voor mensen met korte armen kan een onderstuur een slechte keuze zijn, een okselfris stuur lijkt me bijna altijd nadelig. Beide zijn ook zwaar. Tenslotte moet ook het stoeltje de schouders voldoende ruimte geven en ze zeker niet naar elkaar toe drukken.
- Hou je hoofd en nek in een rechte lijn met je bovenlichaam, of zelfs iets naar achteren. Dit kan enige oefening vragen, maar het is belangrijk om je keel en borstkas zo wijd mogelijk open te zetten. Als je een hoofd- of neksteun gebruikt, zul je die waarschijnlijk anders moeten instellen of zelfs verwijderen voordat je de bergen ingaat. Hou er ook rekening mee bij de keuze van je toptas. Het aanpassen van je stoeltje kan ook helpen. Plaats of verwijder stukjes schuim in je stoelkussen totdat de bult in het midden van de stoel perfect aansluit bij de holte van je rug.
- Gebruik je bovenlichaam om te ademen, niet om te duwen. Duw alleen met je benen en vang deze kracht op met je onderrug. Zet je nooit af met je schouders, want dan span je je buikspieren aan en wordt buikademhaling heel moeilijk. Dit is de tweede reden waarom het bracket niet te hoog mag zijn; hoe lager het bracket, hoe gemakkelijker je kunt afzetten met je onderrug.
Als die ademhaling dan zo goed kan zijn, waarom denken dan zoveel mensen dat de traditionele racefiets de superieure klimmer is? Het probleem is dat goed klimmen op de ligfiets totaal contra-intuïtief is. Als het fietsen zwaar wordt, zijn wij geneigd meer kracht te zetten. En om meer kracht te kunnen zetten, gaan we rechterop zitten en ons bovenlichaam en de buikspieren gebruiken om nog meer kracht te zetten. Dat is onze natuurlijke reactie. Maar kracht is niet datgene waarmee je als fietser de berg op komt. Wat je nodig hebt is vermogen. Watts. Het enige dat telt is hoeveel brandstof je per seconde kunt verstoken in je beenspieren. En daarvoor heb je zoveel mogelijk lucht nodig.
Om snel te klimmen heb je dus niet alleen een goed ontworpen en afgestelde klimligfiets nodig. Je moet het ook echt oefenen om de techniek onder de knie te krijgen. Je zult de natuurlijke reactie moeten leren onderdrukken. De beste manier hiervoor is gewoon te gaan fietsen en daarbij te concentreren op je ademhaling. Je zult het verschil snel voelen. Bij mij is de behoefte aan zuurstof inmiddels zo sterk dat een ‘ademhalingshouding’ een stuk natuurlijker voelt dan een ‘krachthouding’.
Waarom ik hier zo van overtuigd ben
Ik kan dit natuurlijk allemaal wel beweren, maar waar is het op gebaseerd? Er is enig onderzoek beschikbaar over de invloed van de lichaamshouding op het vermogen. Zo is gemeten dat de hoek tussen boven- en onderlichaam significante invloed heeft op het vermogen, ongeacht of de proefpersoon getraind was. Door de bank genomen gaat 10% vermogen verloren als deze hoek daalt van 130 à 140 graden naar 100 graden2. Ik heb een sterk vermoeden dat je nog meer kunt winnen door over die 140 graden heen te gaan. Bij mijn eerste klimfiets, een Challenge Fujin SL, zit het rond de 150 graden.
Verder is er onderzoek gedaan bij tijdrijders. Een maximaal aerodynamische houding is niet het snelst, omdat de borstkas teveel wordt belemmerd door de houding van armen en schouders. Tijdrijders moeten meer luchtweerstand accepteren om hun longen voldoende ruimte te geven3.
Maar het belangrijkst voor mij is, hoe onwetenschappelijk ook, mijn eigen ervaringen in de bergen. Tijdens mijn tweede reis in Scandinavië heb ik voor het eerst geëxperimenteerd met verschillende lichaamshoudingen. Het stoeltje heb ik niet versteld; ik nam verschillende houdingen aan door mijn hoofd en schouders naar voren of naar achteren te bewegen, en door een stukje omhoog of omlaag te schuiven in mijn zitje.
Bij klims waarbij ik meer rechtop zat moest ik mijn shirt openritsen, ondanks dat het op 70 graden noorderbreedte bepaald niet warm was. Maar wanneer ik iets meer onderuit ging zitten, en mijn hoofd en schouders naar achteren deed, moest de rits dicht. Anders was het te koud. Maar die kou kwam binnen. Wat ik voelde was de koeling door de extra koude lucht in mijn borstkas. Het was echt een groot verschil. En ja, het vertaalde zich ook in een hogere cadans bij een zwaardere versnelling.
Frankrijk, een jaar later. Ik was op vakantie met een vriend op een lichte racefiets. Een kleine man die op het vlakke menig ligfietser het nakijken geeft. Gedurende deze reis vervoerde ik het gros van de bagage: de tent, kookgerei, gereedschap. Beide slaapmatjes, beide slaapzakken en beide sloten. Dan ook nog de zware helft van zijn kleding. Hij had slechts een dagrugzakje.
Ik had niet de ambitie om hem bij te houden op de klims, en met de normale zithouding was dit ook onmogelijk. Echter, zodra ik de klimhouding aannam en diep ging ademen, was hij degene die moest lossen. Zelfs met de bagage klom ik sneller en herstelde ik eerder. Het was voor ons beide duidelijk dat mijn diepe ademhaling het verschil maakte. Een verschil dat harder aantikte dan die 20 à 25 kg die ik extra omhoog moest trappen.
Ik besef dat wat ik hier schrijf nogal radicaal is. In feite zeg ik dat iedereen het altijd verkeerd heeft gedaan en dat koersfietsen slechte klimmers zijn. Maar het idee dat klimmen op de ligfiets moeizaam gaat, heeft altijd op gespannen voet gestaan met de wetten van de fysica. Niet voor niks waren er zoveel hypotheses in omloop, die allemaal op z’n minst onbevredigend waren. Ik denk dat de verklaring die ik in dit artikel geef, het raadsel eindelijk oplost. Een mooiere oplossing konden we ons niet wensen.
1 Steven R. Bussolari and Ethan R. Nadel: The physiological limits of long-duration human power production-lessons learned from the Daedalus project, Human Power Vol. 7 No. 4, 1989.
2 Raoul F. Reiser II, Michael L. Peterson, Jeffrey P. Broker: Anaerobic Cycling Power Output With Variations in Recumbent Body Configuration, Journal of Applied Biomechanics, Vol. 17, No. 3, 2001.
Grappig. Jouw verhaal gaat zo’n beetje lijnrecht in tegen de site die te vinden is door op m’n naam te klikken….
http://bocycle.blogspot.nl/2012/09/op-racefiets-meer-vermogen.html
deze dus. Om heel eerlijk te zijn heb ik meer vertrouwen in jouw verklaring dan die andere.
Hallo Walter,
Leuk stuk. Ik kan me wel vinden in je conclusies. Ik vermoed ook dat het max. aeroob vermogen dat je op een ligfiets in je cranks kan raggen wel eens groter kan zijn dan op een traditionele fiets.
Gr GJ
Hoi Walter,
Nu ben ik zelf deze zomer, omdat het gewoon veel relaxter is, bezig geweest om zo vlak mogelijk in de stoel liggend te gaan rijden. Hoofdsteun (die ik nooit gebruikte) en stoel zo ingesteld dat ik gedwongen was om platter te gaan liggen, voorbuis daarom wat langer afgesteld en armen wat gestrekter en vlakker meer ontspannen van je af houden. Inderdaad het gevoel dat ik veel vrijer kan ademen. Het idee was om wat snelheid in te leveren voor ontspanning. Toen gebeurde dus het volgende; meer ontspanning én meer snelheid. Gewoon op het vlakke. Aangezien voor mij de grootste klimmen hier in de buurt bruggen zijn, die op snelheid genomen worden, kan ik dat niet vergelijken maar op het vlakke heb ik dezelfde ervaring!
En kunnen we een workshop krijgen op t herfsttreffen? Das wel rap, dus t paastreffen is ook prima. Ik wil graag zien wat ik hoe zou kunnen instellen. En op de veluwe kun je prima oefenen. Ik wil er zelfs een aangepaste puzzeltocht voor maken.
Hoi Marjo,
het herfsttreffen sla ik over dit jaar. M’n eigen klimfiets heeft ook eerst wat liefde nodig voor ik er weer op ga rijden. Maar we kunnen er op het paastreffen uiteraard eens over bomen. Altijd leuk 🙂
Walter
in liggende houding lever je minder vermogen
door de lage luchtweerstand valt dit niet op
zelfs een zitbuishoek van 65° op een gewone fiets is minder goed dan 78°
Ik geloof dat ik je niet helemaal kan volgen. Welke hoek heb je het nu over en wat is de invloed daarvan op het geleverde vermogen?
op een ligfiets lever je ALTIJD iets minder vermogen
zowel op het vlakke als bergop
wat een zitbuishoek is kan gevonden worden
studies / artikels ivm relatie zitbuishoek – vermogen zijn beperkt
te vinden
succes
Je zegt dan wel dat je op een ligfiets minder vermogen levert dan op een racefiets, maar waar baseer je dit op? Je stelling is in ieder geval strijdig met het onderzoek dat ik aanhaal.
Als je de zitbuishoek verder verkleind, dan zit je relatief verder voorover, als je tenminste diep in de beugels rijdt. Ja, dan komt je adem nog verder in de knel, en daalt je vermogen. Niets vreemds aan, het bevestigt volgens mij het verhaal van Walter.
De stelling dat je op een ligfiets minder vermogen kunt leveren valt m.i. onder de categorie ‘fabeltjes’, in elk geval zolang ik nog geen degelijk onderzoek heb gezien dat de stelling kan bevestigen. Referenties zijn welkom, tot die tijd heb ik meer vertrouwen in de stelling dat het niet uitmaakt (zie verwijzing naar het Daedalus project). Walter stelt dat het juist andersom is. Het lijkt me dat dit nader onderzoek verdient.
Het bocycle experiment stipt een aantal dingen aan die ik ook duidelijk meemaak: als ik van mijn alleweder of quest op een tweewieler stap, dan lijken deze inderdaad veel lichter te lopen. Zelfs een mountainbike voelt lichter aan dan mijn alligt modern.
Totdat we langere afstanden gaan rijden. De mountainbike komt dan niet hoger dan 20, de alligt modern komt dan al op 30. Dit is niet vanwege aerodynamica, dit is het kilometers grote verschil in comfort. Geen comfort kost heel veel “vermogen”.
Je kan het ook zien door op de hometrainer een bepaald vermogen trappen, en in een drukke stad met dezelfde snelheid trappen. Concentratie kost ook veel “vermogen”.
Als full-time astma patient weet ik dat de racefiets houding zo’n beetje de meest ideale houding is als je moeite hebt met ademhalen. De echte houding is enigzins gebukt staan met je handen op je knieen, armen helemaal gestrekt, hoofd enigzins omhoog, en maar happen naar lucht. De racefiets houding geeft je een prettige houvast door de wetenschap dat je zo flink kan hijgen.
Wederom als full-time astma patient, maar nu met een beetje hulp van een fysio, heb ik geleerd dat je ook gewoon goed kan hijgen in een quest. De grootste 2 tips van de fysio: neem een hartslag meter, en doe coopertesten.
De coopertesten deed ik al door mee te doen aan het verkeer: stoppen, en weer optrekken naar iets ver boven de 40km/u. De hartslag lijkt redelijk los te staan van je zuurstof gebrek. Je kan een flink gebrek hebben bij een hartslag van 145, of amper een gebrek bij 170. Andersom kan ook, vooral als het heet is.
De essentie is dat de ademhaling cruciaal is voor je spieren. Je moet als sporter altijd bewust bezig zijn met je ademhaling om te voorkomen dat je jezelf ergens klem rijdt (bijvoorbeeld een zuurstofgebrek op een moment dat er van je verwacht wordt dat je presteert).
Mijn ervaring met klimmen is dat het zwaar is. Dat je dat het liefst snel achter de rug wil hebben, en dat je daarvoor bewust extra veel moet ademen. Het klimmen op een racefiets vind ik vele malen zwaarder dan op een ligfiets. En het klimmen met een 3-wieler is het meest ideaal. Vooral als je het hebt over malen met een snelheid van 2km/u. De 3-wieler levert je namelijk nog een groot voordeel: je kan je volledig concentreren op je lichaam, geen enkele gedachte gaat uit naar overeind blijven. Tenzij je een kettwiesel rijdt, want daar ben ik al menigmaal mee bijna over de kop gegaan: je geeft 1 trap terwijl je schuin omhoog staat, en de kettwiesel wil maar al te graag achterover slaan…
Aaargh….
s/coopertest/interval training/g
Oh, en wat betreft minder vermogen leveren op een ligfiets: als je slecht ligt (alsof je aan het bukken ben: met een hoge versnelling) kost het je je knieen. Probeer dat maar eens met een bukfiets.
De essentie is dat je veel meer kracht kan leveren, maar het beste is dat je met een lagere versnelling sneller moet trappen.
Een collega doet constant 120RPM, das voor mij te veel, maar de 90 haal ik wel, en voor wegrijden zit ik ook op de 120RPM…
Hi Walter
In de Kerst heb ik m’n fiets aangepast aan de richtlijnen die je in je artikel hebt aangeven . Ik heb de bracket hoogte aangepast naar 12 Cm tov het diepste punt van het zitje . Mijn lighoek t.o.v het bracket is ongeveer 140 graden .Ik woon in het zuiden van zuid limburg en rijdt iedere dag ( woon-werk ) 2 heuvels ( bemelerberg en klein Welsden ) op en af .Mijn ervaring tot nu toe : Op de vakke stukken heb ik niet het idee dat ik sneller ga , maar ik ga ook niet langzamer .Als ik bergop fiets wordt ik niet meer zo moe in de benen . Als ik wil kan ik veel sneller bergop gaan dan voorheen maar dan gaat mijn ademhaling ook sterk omhoog . Voorheen zat mijn grens meer in m’n beenspieren , nu meer in m’n ademhaling ( en dat voelt veel beter ) . Maar volgens mij komt dit omdat nu het bracket tov van de zitje lager is en daardoor veel beter kracht kan zetten .Dat ik meer kracht kan zetten merk ik ook in het begin van een bergop heuveltje : ik kan langer in een zwaarder verzet ( en dus ook met een hogere snelheid ) fietsen dan voorheen .Maar ik denk dat mijn zitje nog niet helemaal klopt .
Ik heb dan ook een dringende vraag over het zitje .Ik hen een aluminium taifoon zitje , ik heb er twee van en wil er een aanpassen : Wat me opvalt is dat de meeste zitjes er helemaal niet zo uitzien zoals je op de klimhouding tekening aangeeft ! .Als ik het zitje bekijk heeft het 3 grotere buigpunten , de bolling van de onderrug tel ik dan niet . De eerste is tussen zitvlak en rug . De tweede na de bolling ongeveer bij begin van de ribben . De derde ter hoogte van mijn oksel. Mijn borstkast wordt hierdoor nog altijd meer voren gebogen . Bedoel jij dat dit hele stuk recht moet lopen ? Dit soort dingen krijg ik niet aangepast met ’n paar stukjes schuim !
groeten Erik Brands
Erik,
dank voor je uitgebreide reactie. Door computerproblemen duurde het even voor ik aan een antwoord toekwam.
Het zitje is in de tekening nogal schematisch weergegeven. Ook in mijn zitje zit een dubbele welving. Het aanpassen van het zitje is een kwestie van experimenteren tot het voor jou goed voelt bij diep ademen.
Ik merk bij mij dat als ik diep adem, mijn bovenrug bij elke teug te weinig steun heeft; ik stuiter als het ware op en neer. Dat is niet goed. Ik moet de bovenste welving in mijn stoeltje daarom ondieper maken, 1 à 1,5 cm is genoeg.
Hoeveel het voor jou is, kan ik natuurlijk niet bedenken van achter mijn computer. Maar ga er gewoon eens op liggen, en voel wat er gebeurt als je diepe ademt.
Succes!
Walter
Interessant stuk. Ik kwam hier klikkend langs.
Ik geloof zonder meer dat ligfietsen veel efficiënter is dan wat jij ‘bukfietsen’ noemt. Maar bij klimmen komt meer kijken. Al weet ik niet wat. Zo reed ik ooit Luik-Bastenaken-Luik. Op de min of meer vlakke stukken reden mij vele ligfietsers voorbij, maar als de weg omhoog ging en er flink moest worden geklommen, kwam ik de ligfietsers weer achterop en voorbij. Ik kon en kan dat lastig verklaren. Met mijn 1.87 en 80 kilo heb ik niet bepaald een klimmerslijf, dus daar lag het niet aan.
groet,
Frank van Dam
Hoi Frank,
leuk dat je hier rondklikt!
Dat je bij die rit veel ligfietsers er uit klom, verbaast mij niet. Veel ligfietsen zijn namelijk helemaal niet ontworpen voor de klim. Daarbij lijken ligfietsers vaak sterker dan ze zijn, vanwege het grote aerodynamische voordeel. Zodra het omhoog gaat. valt dit voordeel weg en blijkt de snelle fietser helemaal niet zo snel.
Het belangrijkste punt is echter dat goed klimmen op de ligfiets bepaald niet vanzelf gaat. Je moet het echt trainen, en dan moet je er ook op blijven letten dat je niet tóch weer op kracht gaat klimmen, je buikspieren aanspant etcetera. Het is zo natuurlijk om meer kracht te gaan zetten in plaats van dieper te gaan ademhalen.
Daarbij is het idee dat het belang van ademhaling lang onderschat werd in het ligfietswereldje. Men zocht het in de meest curieuze technische oplossingen, die natuurlijk geen steek hielpen. Vaak werd zelfs aangeraden om het stoeltje rechterop te zetten, om meer kracht te kunnen zetten!
Het zal nog wel even duren voordat een goede klimtechniek én goede klimfietsen gemeengoed zijn in het ligfietswereldje.
Hallo Walter,
Jouw verhaal had ik al eens gelezen, vond jouw ervaringen in deze buitengewoon opmerkelijk en zeer uniek en de onderbouwing bijzonder sterk; het is daardoor in mijn achterhoofd blijven hangen.
Ik moest er weer gelijk aan denken toen ik vandaag in deze link
http://www.velomobilforum.de/forum/showthread.php?22120-Highracer-vs-Lowracer/page13
tegenkwam :
” Ich bin übrigens mit dem Highracer am Berg jetzt auch schon deutlich schneller als mit dem RazzFazz,wahrscheinlich weil durch den größeren Körperöffnungswinkel die Atmung deutlich weniger behindert wird (jedenfalls bei mir).”
Grote “Körperöffnungswinkel ” idd daar gaat het om, dat was jouw stelling.
Ik vond deze uitspraak/bevestiging van die Duitse zeer ervaren ‘prestatie’-ligfietser heel frappant en (dus) de moeite waard om je te melden.
In ieder geval bedankt voor jouw heldere verhaal.
Met vriendelijke groet,
Ful Valstar
Je ster stijgt Walter, Je heb zelfs een verwijzing verworven in http://questeen.wordpress.com/#19 -> Rule #24 over klimmen met een ligfiets. 😉
Hallo Walter,
Ik vind het een goed verhaal, en als zanger ben ik het ook grotendeels eens met je ideeën over ademhaling (nouja, halverwege de zangles weglopen is natuurlijk schandalig!), maar ik mis een belangrijk aspect in je betoog: psychologie! Ik denk dat het grote bezwaar dat er bestaat tegen klimmen op een ligfiets in feite psychologisch/emotioneel is: men vindt het idee van klimmen ‘met je voeten hoger dan je hoofd’ gewoon raar en ’tegennatuurlijk’. Het is voor mensen (m.n. mannen) een gebruikelijk patroon dat een dergelijk onbestemd gevoel met allerlei technische en (quasi-)rationele argumenten gemaskeerd wordt, maar ik denk dat het goed is oom ook het motief te willen kennen dat mensen zo hardstochtelijk naar die argumenten laat zoeken.
Op cycle vision 2014 zal een en ander worden uitgelegd. Een argument waarom klimmen met een ligfiets als zwaarder wordt ervaren is denk ik ook het psychologisch effect. Je bent gewend relatief gemakkelijk 35km/u te rijden. Als je dan bij het klimmen op 15km/ uitkomt voelt dat als verschrikkelijk langzaam en zwaar. Terwijl het natuurlijk mega hard is bij een relatief hoog stijgingspercentage.
Ik stuurde zojuist onderstaande mail over allerlei klim-aspecten naar Rogier Verberne.
Maar wat ook na eindeloos analyseren altijd over zal blijven is dat de psychologie inderdaad van enorme invloed is! Ik zeg dat niet omdat ik psycholoog ben. Voorbeeld: ik was als wielrenner bijna onverslaanbaar op korte (niet te steile) klims, simpelweg omdat ik liever stierf dan vóór de top te moeten stilvallen. Maar, loner als ik altijd geweest ben, kon ik dezelfde strijdlust vaak niet opbrengen als het om het, op het vlakke tegen de wind in, op het kantje, kost wat kost proberen te volgen van een groep renners die ietsje beter waren dan ik ging.
Verder: leve de pas ontdekte ligfiets!
En: goede reis Theun de Vries!
Groeten, Een Don Quichot (Thijs Bollen).
De mail:
Geachte heer Verberne,
Ik wil u zeer danken voor uw uitgebreide analyses op de website http://www.racefiets-ligfiets.nl.
Ik ben een oud-amateurwielrenner en daarom, waarschijnlijk uit misplaatst macho-gedrag, pas na aanhoudende nekproblemen op de racefiets, nu sinds een week eindelijk (ben nu 48!) aan het ligfietsen begonnen. Ik heb, na lezing van o.a. uw site en die van Walter Hoogerbeets, een oud beestje gekocht (M5, ongeveer een Street Legal) voor slechts 100 euro en ik weet niet wat ik meemaak! Wat een comfort en uitzicht! En dan dat eindeloos doorglijden als je de trappers stilhoudt! Wel eng met opstappen en sturen, maar dat went snel, evenals het met de voeten rechtstreeks op de grill van tegenliggers afstuiven. Grappig om te vermelden is misschien nog dat ik, om een idee te krijgen van de typische ligfietslichaamshoeken, eerst een fanatieke rit op mijn opafiets heb gemaakt! Dat, en de teksten van Walter over de psychologische instelling die bij het fietsen en klimmen op de ligfiets hoort, heeft mij tot aanschaf doen overgaan.
Maar ik heb een bedenking bij uw overigens fraaie analyses. Ga je bij dit soort dingen daadwerkelijk de diepte in, dan kom je er ook haast niet meer uit! Wat ik in uw analyses nergens tegenkom, is de relatie van verschillende vermogensniveaus met de duur dat die vol te houden zijn. Op één punt verstoort dat uw analyse volgens mij, namelijk wat betreft de 20 procent extra vermogen tijdens klimmen op de racefiets.
Als we het hebben over 400 Watt die een topwielrenner een uurtje kan leveren, moeten we goed beseffen dat dat toch nog slechts ongeveer een derde is van zijn maximale sprintvermogen! Het maximum van 400 Watt wordt bepaald door het maximale zuurstofopnamevermogen. Een renner die uit het zadel komt, schakelt andere spiergroepen bij om meer kracht te kunnen zetten. Zijn vermogen stijgt dan kortstondig, maar in geen geval stijgt daarmee zijn limiet van 400 Watt die hij langer dan enkele minuten kan volhouden! Zijn maximale gemiddelde wattage stijgt er dus niet door! (Sterker nog: we zagen onlangs dat uit de data van Froome’s beruchte raid in de eerste bergrit bleek dat hij na zijn demarrage een lager gemiddeld wattage haalde! Logisch natuurlijk, gezien de extra verzuring door de demarrage.)
Het constante trekken met de armen tijdens het zitten in het zadel voegt geen enkel vermogen aan een trapomwenteling toe. Op beelden uit de jaren 70 en 80, waarin de trapcadans bij het klimmen beduidend lager lag dan zeg sinds Indurain en vooral Armstrong, is duidelijk te zien dat het trekken aan het stuur slechts dient om de kont op het zadel te houden. Het verschil met het vlakke was toen het traptempo; bij een hogere cadans neemt de kracht per trap af (net zoveel als de trapsnelheid toeneemt) en is er dus minder compensatie nodig vanuit de armen. Het maximale zuurstofopnamevermogen is op het vlakke niet anders dan met klimmen.
Dat de trapcadans bij topwielrenners bij het klimmen flink omhoog is gegaan, komt door analyses over verzuringsgraad versus vermogen, door toename van het aantal kransjes en het overbrengingsbereik, maar is vooral een kwestie van psychologie: met een lage snelheid toch als een koffiemolentje malen voelt onnatuurlijk (en anti-macho!).
Ligfietsers hoeven eigenlijk nooit met hun armen te compenseren; als zij zich oefenen, kunnen zij de gehele krachtsontplooiing van de benen opvangen op hun rugleuning. Daarmee is er dus geen verschil met een racefiets, al kan je bedenken dat er voor de fixatie van het bekken bij de ligfietser dus minder spierspanning in romp en armen nodig is en hij die energie dus kan besparen (ook weer een reden voor hogere traptempo’s!).
Kortom: het piekvermogen bij de racefietser ligt hoger dan bij de ligfietser: de racefietser kan, in tegenstelling tot de ligfietser, als hij gaat staan, andere dan zijn beenspieren dynamisch laten meewerken om zo zijn bekken actief mee omlaag te trekken. Maar op het maximale duurvermogen heeft dit niet geen invloed (de typische ‘dansstijl’ van Van der Velde, Boogerd en Contador brengt afwisseling in de belasting van de verschillende spiergroepen, waardoor wellicht een iets hoger maximum duurvermogen wordt bereikt, maar dient niet voor een acute vermogensverhoging).
Al dit gezegd hebbende zal ik niet beweren dat we nu een compleet beeld hebben van alle factoren die van invloed zijn op het (klim)vermogen. En het kan best zijn dat de hoeken van de racefietser biomechanisch wat gunstiger zijn, waardoor het gedeelte van de beperking van het maximale zuurstofopnamevermogen dat in de mechanische eigenschappen van de spiervezels en –cellen zit, een andere waarde heeft dan bij de ligfietser.
Wat betreft het argument van Walter dat de ligfietser in een gunstigere houding voor de ademhaling verkeert: dat klopt in principe, maar topwielrenners hebben een extreme middenrifademhaling (waardoor je vaak ‘buikjes’ ziet (bij een vetpercentage van vijf procent!)), en bovendien is de maximale ademcapaciteit maar een onderdeel van het maximale zuurstofopnamevermogen.
Goed tot zover!
Kent u overigens de interessante site http://www.lowtechmagazine.be? Barst van de originele invalshoeken en heeft ook uitgebreide artikelen over vrachtfietsen, velomobielen, etc.
Met vriendelijke groet,
Thijs Bollen.
Misschien een aanvulling op dit interessant en weinig onderzocht item over klimmen: uitleg waarom een voorwielaangedreven Cruzbike ligfiets goed zou klimmen, indien men de juiste pedaalbewegingstechniek toepast: http://cruzbike.com/forum/threads/climbing-and-sprinting-technical-talk.8620/
Ja, de video in je link is zeer overtuigend. Er kan zo KORTSTONDIG meer vermogen worden geleverd. Voor de duurinspanning op een lange klim geldt echter hetzelfde als voor staand fietsen op een gewone racefiets (o nee, dat moet ik tegenwoordig een bukfiets noemen), namelijk dat dat vermogen afhankelijk is van je maximale zuurstofopnamevermogen.
Maar buiten dat: levert die kortstondige vermogenswinst wel navenant meer voorwaartse snelheid op? Je rijdt dan immers in een doorlopende S-bocht omhoog! Er zou dus eigenlijk een ontkoppeling met de koers van de fiets moeten plaatsvinden: een draaibaar en tegelijk zijwaarts beweegbaar stoeltje?
Of is alleen een verrijdbaar stoeltje al genoeg? Het grote voordeel t.o.v. de racefiets is immers dat je niet door het zadel ‘op hoogte’ gehouden moet worden. Dus, op de ligfiets: bij normale tred trek je niet aan je stuur en blijft je zitje+bekken op dezelfde maximaal achterwaartse positie, en bij sprinten/demarreren trek je aan het stuur waardoor je zitje+bekken heen en weer gaat. Vraag is echter of dat op zich weer niet te veel kracht kost. Bij een bukfiets hoef je daartoe namelijk alleen je onderrug in de lucht op en neer te bewegen, maar bij een ligfiets moet je hele bovenlijf+zitje over een rails heen en weer rijden. Misschien is het dus alleen nuttig bij de eerste aanzetten, als het traptempo nog laag is.
Ja, het is natuurlijk de visie van de producent zelf en dat is altijd een beetje ‘verdacht’. 😉 Cruzbike is ook voorwielaangedreven, ik weet niet of dat een verschil maakt? In elk geval heb ik toch meer vertrouwen in de uitleg van Walter. Vreemd dat er eigenlijk niet echt wetenschappelijk onderzoek naar dit interessant item gedaan is/wordt – immers, het is een onderwerp dat steevast in de top 5 vragen staat over ligfietsen.
Hallo Walter
Jouw theorie is begrijpelijk en zeer aannemelijk. Ik woon zelf in Noorwegen sinds 1977. Ben een ligfietser en heb in de loop de jaren meerdere modellen gehad zoals M5 lowracer, Optima Baron, Alleweder alu. uitgave, Flevobike 20/20 , Cruzbike Silvio FWD, en Challenge. Ik ben zo vrij om een aantal dingen er bij te voegen ;
Is ook afhankelijk van het fiets frame design en stabiliteit !
Verschil in lengte van de kettinglijn RWD of FWD ! Hier zijn weerstand verschillen aanwezig ! Ook Afhankelijk van de kwaliteit van de lagers en ketting- looprollen !
Is ook afhankelijk van het gewicht van de fiets en het lichaamsgewicht en conditie van de berijder!
De kracht komt uit de benen en afstelling van de trapbuis is belangrijk!
Cruzbike Silvio FWD. De z.g.n. voordelen van het rechtop te kunnen gaan zitten bij verhogingen in het terrein en daardoor beter te kunnen klimmen zijn fabeltjes. Cruzbike verkoopt dit concept als zijnde een voordeel vergeleken met RWD fietsen en promoten hun FWD modellen daardoor. De Silvio is zelfs wat nerveus om te sturen bij lage snelheden.
Een stoelhoek van 22 graden zou ideaal zijn voor een 2-3 wiel ligfiets!
Ovale tandwielen gebruiken op een ligfiets zoals die van Rotor beamen indirect jouw theorie !
De lichtgewicht carbon modellen zoals die b.v. van Zockra uit Frankrijk , FWD en RWD hebben een laag eigen gewicht en ook ergonomische voordelen ten opzichte van de alu. gemaakte fietsen.
Bedankt voor het zeer interessante artikel Martinius.
Hallo Walter (en alle anderen die dit lezen),
Ik zit voor een moeilijke keuze, mijn oude bukfiets (gestripte toerfiets van ca. 16kg) vervangen voor een ligfiets? Ik fiets bijna uitsluitend in de Zuid Limburgse heuvels en wat kilometers over de grens. Ik ben bijna 66, dus geen Froome meer. Ik word niet graag moe want ik ben vrij lui van aard. De Eyserbosweg en de Dodeman man kom ik (fietsend) boven, maar de Camerig en de Schweiberg zijn mij vele malen liever. Nog steeds fiets is redelijk makkelijk 120km met 1400 hoogtemeters, 180km met 1500 hoogte meters is ongeveer mijn grens. Vind ik dit fijn? Op het zadel van mijn bukfiets na, ja.
Ik ben op zoek naar comfort, snelheid interesseert mij niet zoveel. Enkele dagen geleden mijn eerste km’s ervaring opgedaan, een Challenge Furai (bovenstuur en 2x 24inch). Het comfort was boven alle verwachting. 116km (gem. 20km/h) van Eindhoven naar huis, heel relaxed. Op aanraden van een kenner, trap niet te zwaar, trap licht, je knieën moeten aan een totaal andere houding wennen. De problemen die ik ondervond op mijn eerste rit. Ik zwabberde behoorlijk. Rotondes vond ik lastig en korte 90 graden bochten ronduit vervelend. Ook had ik moeite om vanuit stilstand weg te komen, ik gebruikte het middelste blad voor en de kleinste vier achter. Wegkomen op het grootste blad voor lijkt voor mij onmogelijk.
Ik heb het idee dat ik qua fiets beheersing nog een hoop te leren heb. Een berg van 6% kwam ik niet op (heel klein verzet), ik slingerde als een gek (6km/h). Op mijn bukfiets gaat dat zonder al te veel moeite met 16/17km/h. De weg terug naar Eindhoven ging stukken beter, ik reed redelijk rechtuit. Ik begon het zowaar nog leuk te vinden ook. Rotondes en scherpe bochten bleef ik eng vinden evenals rijden boven de 30km/h.
Nu kom ik op jouw artikel Walter. Ik heb het met veel interesse gelezen. Je spreekt heel veel over ademhaling en de lighouding. Ik hoor niets over spieren en gewrichten. Gedurende ruim 2x 100km ben ik nooit moe geworden en mijn ademhaling was rustig, niets van gemerkt dat die anders was als in rust. Na 100km voelde ik mijn knieën een beetje, niet heel erg. De volgende dag terug naar Eindhoven was dat gevoel geheel verdwenen. Hooguit een beetje een moe gevoel in mijn kuiten bij iets zwaarder trappen (viaduct of brug). In hoeverre moet men de liggende houding trainen t.o.v. de zithouding. Is het gebruik van spieren zoveel anders? Binnenkort kan ik een andere fiets proberen, HP Velotechnik/Streetmachine (onderstuur, wielen 20/26inch, voor en achter vering en Rohloff). Mijn wens is eigenlijk een Flevobike/Greenmachine maar ik ben bang iets te gaan kopen dat voor mijn doel ongeschikt is. Ik moet er wel Limburgse bergen mee kunnen beklimmen anders zal ik toch moeten blijven bukfietsen.
Als leek vind ik het knap lastig, er is zoveel. Type stuur, wielen, zithoogte, versnelling. Walter heb jij goede adviezen voor mij, of anderen die dit ook lezen.
M.v.g., Henk van Vliet
Henk,
Zoals je wellicht hebt gezien, ben ik op reis en dus hou ik het nu even kort.
Ja, in de lighouding gebruik je net iets andere spieren. Hoe lang het duurt voordat je daar op getraind raakt, verschilt van persoon tot persoon. Soms zijn het weken, soms zijn het maanden. Ik heb de indruk dat echt goed te leren klimmen langer duurt, omdat het ligfietsen een tweede natuur moet worden voordat je echt ontspannen in het stoeltje kunt liggen onder die omstandigheden. Bij een trike gaat dat misschien iets sneller.
Ik zou je adviseren om ook eens rond te snuffelen op http://www.ligfiets.net, op de ligfietsgebruikersgroep op Facebook en wellicht ligfietsmailinglijst, hoewel ik niet weet hoe actief die laatste nog is. Want ik heb zeker de wijsheid niet in pacht.
Veel succes en vooral fietsplezier,
Walter.
Hoi Walter,
In aansluiting op je theorie: met mijn hoge 2×28″ Raptobike lowracer met voorwielaandrijving kan ik goed klimmen (zie ook http://quest284.blogspot.nl/2016/09/klimmen-met-de-eindbaas.html ) & ik vermoed dat een belangrijke factor is dat ik op die fiets extreem plat lig. In aanvulling op die houding geeft die fiets me het gevoel dat ik geen energie ‘wegtrap’ in vering, stuiterende kleine wieltjes of slappe frames met lange kettingen.
Groet, René
Hallo Walter
Ik heb wat raad nodig over het gebruiken van ovale Q rings op de ligfiets. Hier komt er een klein verhaal.
Ik heb net een gebruikte carbon M5 lowracer gekocht voor mijn zoon. Er zitten 52T/39T ronde tandwielen.
Wat niet lukt met het trappen met die twee ronde bladen 52T/39 T op de crank , het wordt te zwaar in Noorwegen. Ik kan me herinneren dat je zelf ovale tandwielen hebt gebruikt op de reis naar Noorwegen.
Bij ons met de stijle heuvels van 2-5-6-8 10 % stijgingen is het mogelijk om met twee Q rings ovale bladen voor te gebruiken op deze fiets:-). Achter zit een Shimano Dura Ace 9 versnelling.
Ik heb daarom raad nodig om welke tandwielen combinatie wil hier passen ? Is een combinatie van b.v. een 50T/40T of 50T/ 38T of 50T/36 of nog kleiner beter ? Mijne zoon heeft weinig ervaring met ligfietsen , maar fiets al lekker een beetje in de omgeving op deze ligfiets. Hij en is erg sterk in zijn rug en benen !
Fijn weekend gewenst van Martinius Berg/Noorwegen
Beantwoorden
Hallo Martinius,
Ik heb hier niet zo 1, 2, 3 antwoord op. De achterderailleur en cassette zou niet uit moeten maken. Welke bladen passen hangt van je crankstel af; bestudeer daartoe de documentatie op de site van Rotor. Denk aan je voorderailleur: de kooi moet iets langer zijn dan bij ronde bladen. Mijn tip is om te meten hoeveel lengte je over hebt bij de huidige bladen en dan een marge te pakken. Bestudeer eventueel de documentatie van je voorderailleur als het krap lijkt. Eventueel neem je alleen het kleine blad ovaal,dan hoef je alleen aan de onderkant extra ruimte in de kooi te hebben.
Succes met puzzelen!
Groet,
Walter
Walter.
Wat fijn om van jou een reactie te krijgen. Ik heb de crankarm op gemeten : BCD 130 x 5 x 175 mm crankarm .
http://www.bikerecyclery.com/fsa-carbon-pro-team-issue-road-crank-arms-175mm-130mm-bcd-octalink-exc/
De afstand van 52 T naar 39 T= geeft een 13 T sprang op deze ronde bladen , en de afstand lijkt nogal groot . De oude tandwielen zijn ook versleten !
Van 50 T /40 T /30 T ovale tandwielen geeft een goede aanpassing denk ik , het is ook beter voor de benen en knie spieren. Met het forse bergklimmen van 7% naar 10 % geeft dit een betere overgang denk ik ?
Met deze M5 Lowracer met een carbon monofork moet de ketting geleid worden met een kettingrol en kettinghouder die onder de zitting zit. De retour-ketting gaat dan naar beneden met het overschakelen van het grootste tandwiel naar een kleiner. Het geleiden van de retour ketting gaat dan via een tube zodat het overspringen op de tandwielen van groot naar klein wordt dan beter denk ik !
Ik weet nog niet of het mogelijk is of het derailleur achter te veranderen b.v. van 9 T naar 10 T ? Ik heb ook niet te tanden geteld van het derailleur !
Misschien heb jij een idee over welk derailleur achter past goed gezien je ervaring heb met ligfietsen met een derailleur ?
Bedankt en de groeten Martinius Berg
Ik wens je nog het allerbeste wensen voor deze kerst en het nieuwe jaar 2020.
Hoi Walter,
Leuk artikel is dit. Ik had ook altijd het idee dat klimmen niet goed kon op een ligfiets. Van 2012 tot 2017 had ik een Nazca Cruiser (mijn eerste ligger) waarmee ik de omgeving Eindhoven onveilig maakte, klimmen was dus niet mijn hoofdactiviteit. Met wat studievrienden ben ik eens een dagje gaan fietsen in het Limburgse heuvelland, Heerlen naar Maastricht via vele van de bekende klimmetjes daar. Dat was een regelrecht drama.
Ik had echt het gevoel dat ik vooral mijn energie in de vering trapte en moest redelijk vaak afstappen. Ofwel ik was uitgeput, ofwel ik ging zo sloom dat ik dreigde om te vallen… Dus toen ik in 2017 naar Zwitserland verhuisde heb ik de Cruiser gewisseld voor een Gazelle XR4 cross-hybride, die ik gebruikte voor woon-werk verkeer en simpele singletrails.
Uiteindelijk ben ik ook weer terug naar Nederland gekomen en toen moest ik toch echt weer een ligger. Het mocht wel wat sportiever worden, maar omdat ik woon-werk ging fietsen tussen Nijmegen en Arnhem ook wel wat degelijker. Zo ben ik in 2020 bij een Chamsin uitgekomen. Net als jij, maar dan afgemonteerd met Rohloff, SON met goede verlichting en bagagedrager en dus een ietsje zwaarder, maar nog steeds lichter dan de Cruiser was.
En ja, mijn nieuwe woonregio heeft toch wel meer last van heuvelruggen dan Eindhoven. Maar wat schetste mijn verbazing, het was opeens veel beter te doen om die heuvels op te komen op de Chamsin. Nou heb ik nog nooit zo’n goede conditie gehad als in de laatste maanden in Zwitserland (door woon-werk verkeer en de weekenden te voet in de bergen), maar ik heb in het eerste half jaar in Nederland amper iets sportiefs uitgevoerd, dus ik was alweer behoorlijk ingekakt.
De Chamsin is veel beter in staat om het vermogen bij het achterwiel te krijgen, van doorveren bij het trappen merk ik absoluut niet. Ik verwacht dat dit komt doordat de loopwielen voor de ketting zeer dicht bij het kantelpunt van de achterbrug zijn gemonteerd, waardoor de kracht op de ketting deze brug niet kan verzetten (in welke positie de brug ook staat). De Cruiser had geen looprollen, maar een twee lange kettingbuizen die ergens ter hoogte van het balhoofd vastgeschroefd waren. Zonder invering van de achterbrug was de trekkende kettingbuis redelijk recht, maar bij doorvering werd allereerst de ketting door een geknikte kettingbuis getrokken, maar daarnaast werd ook de arm van de op het achtertandwiel aangrijpende kracht t.o.v. het kantelpunt van de brug steeds groter. Dus hoe meer de achterbrug inveerde, hoe meer de trapbeweging deze nog extra liet inveren…
Dus ik ben heel blij met de keuze voor een Chamsin en geniet er iedere keer weer van om erop te klimmen. Jouw opmerkingen hierboven over de lighouding en ademhaling ga ik de komende tijd eens uitproberen.
Groetjes,
Raymond
Mooi artikeltje
Veel goede opmerkingen ook. Ik denk inderdaad ook dat veel ligfietsers klimmen moeilijk vinden omdat ze zo langzaam gaan. Ze realiseren zich denk ik niet dat klimmen zoveel energie kost en denken dat ze inzakken.
Voor mij is de manier om dat te ondervangen te realiseren dat je klimt. Zelfs als het zichtbaar niet klimt kan het nog steeds klimmen. Je kan het soms alleen zien op een goede hoogte kaart. Maar ook bij 0.5% ofzo zakt in de ligfiets je snelheid toch al gauw 5km/h. Als je dan niet doorhebt dat het inzakken aan het klimmen ligt dan ga je extra vermogen leveren om op snelheid te blijven, en dan wordt het heel gauw (te) zwaar.
De kunst bij het klimmen is bewust op constant vermogen te sturen, en niet op snelheid. Dat is dus terug schakelen om op je cadans te blijven, en accepteren dat je hier langzaam omhoog gaat tuffen. En dat andere fietsers je nu kunnen inhalen. Zeker als het racefietsers zijn die zich eindelijk even kunnen bewijzen door zich goed uit te sloven.
Desondanks, als je hetzelfde stuk ook met een gewone fiets rijdt dan zal je merken dat je harder omhoog gaat dan op de gewone fiets. en je zal merken dat veel racefietsers toch achter je blijven hangen.