De keuze van de banden heeft heel veel invloed op de prestaties van je fiets onder verschillende omstandigheden. Banden zijn gelukkig gemakkelijk te wisselen. Je verslijt er bovendien genoeg om meerdere setjes naast elkaar te gebruiken zonder hoge kosten. Het is mijns inziens zinloos banden te kiezen die geschikt zijn voor alle omstandigheden, want ook hier kom je dan uit op een schaap met vijf poten.

Voor fietsen op de weg is een slick de beste keuze. Profiel heb je alleen nodig als je onverhard gaat rijden. En met onverhard bedoel ik ook echt onverhard; rul zand of zachte modder. Voor gravel is een slick prima. Met de Fujin SL moest ik nog wel eens wat rustiger aan doen op gravel, maar met de stabiele Chamsin kan ik flink doorrossen met één hand aan het stuur.

Nu kun je natuurlijk wel eens meemaken dat een weg die er op de kaart prima uitziet, in werkelijkheid een modderpoel is. In Denemarken en Duitsland is me dat enkele keren overkomen. Maar ook dan kon ik eigenlijk altijd wel met een slick uit de voeten. Ik moest wat voorzichtiger rijden dan wanneer ik profiel zou hebben.

Het is nuttig om uit te zoeken hoeveel je over echt onverharde wegen gaat rijden op je vakantie. Ik heb namelijk het vermoeden dat een beetje profiel je niet veel zal helpen op zulke wegen. Als een band een klein beetje profiel heeft, is dat meestal alleen maar cosmetisch. De doorsnee consument denkt dat profiel noodzakelijk is bij regen. Hoe waar dit ook is voor vlakke, brede autobanden, de ronde fietsbanden hebben geen profiel nodig om het water opzij te drukken.

Wil je echt grip hebben op zachte ondergrond, zul je een serieuze profielband moeten hebben. En die hebben uit de aard der zaak een fors grotere rolweerstand dan slicks. Dit kan je zo 10 à 15% van je snelheid schelen. Ruim een halve week op je vakantie van een maand! Ga dus niet met profiel rijden als het niet echt nodig is. Op al mijn reizen heb ik misschien enkele tientallen kilometers over onverharde wegen en paden gefietst. Dat vind ik te weinig om de rest van de tijd op trekkerbanden te rijden. Een simpel rekensommetje leert dat als die wegen zo slecht zouden zijn geweest dat ik had moeten lopen in plaats van fietsen, dan hadden de snelle banden mij op de reis als geheel nog steeds flink voordeel opgeleverd.

Het is goed mogelijk dat je van te voren weet dat een groot deel van je route over slechte wegen gaat. Je wilt bijvoorbeeld via Duitsland en Zweden naar Finland, en daar een route volgen die over mountainbikepaden gaat. Vouwbanden geven je dan de mogelijkheid om twee bandensets te gebruiken. Je rijdt dan op slicks door Duitsland en Zweden, en tegen de tijd dat je de modder opzoekt, monteer je de profielbanden. Banden wisselen kost je een half uur, dat haal je er wel heel dik uit op een rit van een paar duizend kilometer.

Banden hebben ook een grote invloed op het comfort. Brede, zachte banden geven meer comfort dan smalle racebanden op hoge druk. Hoe belangrijk dit is, is heel persoonlijk. Maar als je van plan bent om lange dagen te maken, is het echt iets om goed over na te denken. Zelfs op een ligfiets kun je pijn in je kont krijgen.

Voor de banden koos ik de Schwalbe Kojak 35 mm. Redelijk standaard in de ligfietswereld. Een mooi compromis tussen rolweerstand, gewicht en comfort. De kojaks zijn ook behoorlijk lekbestendig. De Scandinaviëreizen leverden mij in totaal één lek op. Overigens moet het belang van lekbestendigheid niet overdreven worden. Een zeer lekbestendige band heeft over het algemeen ook een hoge rolweerstand. En hoe vervelend een lekke band ook is, een snelheidsverlies van 2 km/h kost je een halve dag per week. Je kan heel wat banden plakken in die tijd.

In maat ETRTO 559, 26 inch dus, is veel meer keuze. Op de Chamsin zaten aanvankelijk Schwalbe Durano’s van 35 mm breed, beter dan de Kojaks. Helaas al een tijdje niet leverbaar dus ik ben weer terug bij Kojaks.