Eén van de dingen die ik wil herbeleven: De Normandische kust.

Het ene jaar naar het noorden, het andere jaar naar het zuiden. Het is de regel die ik heb nagestreefd in de tien jaar die ik nu met grote tochten bezig ben. De regel die door allerlei onvoorziene zaken voornamelijk uitzonderingen kende. Maar het lijkt of ook hier de ervaring mee gaat tellen. In 2017 ging ik naar het zuiden, minder ver dan gehoopt maar toch. In 2018 maakte ik mijn grootste reis in Scandinavië ooit. En het moet wel gek lopen als ik deze zomer niet naar het zuiden ga.

Ergens is het nieuwe plan een vervolg op de reis van vorig jaar. Toen maakte ik af wat ik in 2013 was begonnen en moest afbreken wegens materiaalpech: Een grote ronde door Scandinavië inclusief Åland. Maar de reis van 2013 had ook een zuidelijke lus. Een ronde door Frankrijk, de Alpen, met een traject langs de Elbe om weer in het Noorden te komen.

Vaak denk ik terug aan dat deel van die reis. Het was prachtig. Een bijzonder avontuur met heerlijke momenten aan de Franse kust, mooie alpencols en een historisch interessante route langs de Elbe. Veel stukken die ik graag een tweede keer zou willen fietsen.

Maar ook losse eindjes. Zo heb ik maar een klein deel van de route langs de Elbe, de Elbradweg, gefietst. De Stelvio beklom ik toen vanaf de kant van Bormio, de andere kant dan een jaar daarvoor. Maar er is nog een derde, vanuit Zwitserland. De route ging ook langs Slovenië in plaats van door het prachtige dal van de Soča, over de Vršič-pas. In Tsjechië heb ik vooral met de route geworsteld, omdat de wegen vaak eigenlijk te slecht waren voor een ongeveerde lowracer. En tenslotte is er nog het stukje Oostzeekust dat ik afgelopen jaar heb overgeslagen.

Ik wil deze lus overdoen. Deels langs routes die ik al ken, deels langs routes die nieuw voor me zijn. Over bergpassen die nog op het lijstje staan. En vooral ook de delen fietsen die ik in 2013 oversloeg om meer in Scandinavië te kunnen fietsen.

Het hangt van mijn werk af hoe veel weken ik weg kan, en wanneer ik kan vertrekken. Daarom heb ik een basisroute gemaakt, met wat varianten op het eind, in het Kleine Noorden. Ik kan in vijf weken rond zijn, maar ik kan er ook ruim zeven van maken. Hieronder zie je een overzichtskaart.

Aan mijn materiaal hoeft gelukkig weinig te gebeuren. Vorig jaar heb ik alles klaar gemaakt voor een tocht naar het verre Noorden, dus daarmee red je het ook wel in het Zuiden. Een paar kleine reparaties, een grote beurt voor mijn fiets en dat is het wel.

En trainen. Met Hemelvaart en Pinksteren ga ik er vier dagen vandoor met de tent. Tussendoor wat langere dagtochten en verder vooral zorgen dat ik gezond blijf. Mijn lichaam voelt alsof ik opnieuw een sterk jaar heb, maar stress of een flinke griep kan dat snel de grond in boren.

Het zal wellicht een emotionele tocht worden. Vol herinneringen en nieuwe ontdekkingen. Met gemijmer over wat er veranderd is, wat er is gebleven en wat de toekomst zou kunnen brengen. Ongetwijfeld met belevenissen die ik nooit had kunnen voorzien. En met opnieuw een prachtig weerzien met mijn vrienden, begin september, bij een bekend café aan een mooie Delftse gracht. IJs en weder dienende, corpore volente.