Ik ken werkelijk niemand die niet hoopt dat Obama de Amerikaanse verkiezingen wint. Eveneens ken ik niemand die McCain nog serieus neemt, om nog maar niet te spreken over Palin. 80% van de wereld buiten de VS hoopt dat Obama wint. Ik geloof daarom niet dat ik iemand iets nieuws vertel als ik zeg eveneens een sterke voorkeur te hebben voor Obama.

Maar aan de andere kant, ik ben een Europeaan. Het bestuur van de EU is voor mij veel relevanter dan dat van de VS. Natuurlijk gun ik elke wereldburger een fatsoenlijk openbaar bestuur, maar dan gaat mijn hart toch meer uit naar Birma of Somalië dan naar een land waarvan de bevolking zichzelf in de nesten heeft gewerkt door de grootste oelewapper sinds Hans Janmaat tweemaal tot president te verkiezen. Dat ze nu economisch in de stront zijn gezakt, is ook hun eigen verantwoordelijkheid, en ik denk nog steeds dat Europa daar maar beperkt last van gaat hebben. Europa heeft sinds jaar en dag een overschot op de handelsbalans, de overheidsfinanciën zijn over het algemeen gezond. En Duitsland is nog altijd een ongelooflijk krachtig technologieland. Dat verandert niet zomaar, ook niet als er her en der een bank genationaliseerd moet worden.

Bovendien, Obama is toch een gristen met naar Europese maatstaven behoorlijk rechtse ideeën. Amerikanen vinden je al een communist als je suggereert dat de correlatie tussen vuurwapens en vuurwapenincidenten niet noodzakerlijkwijs op zuiver toeval hoeft te berusten.

Dus waarom maak ik me druk hierom? Eén reden is natuurlijk dat het buitenlandse beleid van de VS de hele wereld tot last kan zijn. Geen land heeft zoveel vuurkracht en zulke grote belangen in andere landen. Dan wil je wel dat er iemand met gezond verstand aan het hoofd staat.

Maar ditmaal is er een bijzondere reden waarom ik vurig hoop op een Democratische overwinning. Die reden is dat Barack Obama campagne voert op inhoud. Hij laat zich er op voorstaan dat hij intelligent is en zich baseert op een gedegen kennis van de onderwerpen. Hij blijft maar hameren op de grote vraagstukken waar het land mee worstelt.

Dat is nogal een verademing na alle bangmakerij, verdachtmakerij en laaghartige persoonlijke aanvallen die de Amerikaanse verkiezingen zo zijn gaan kenmerken de afgelopen decennia. Met name de Republikeinen waren er meesters in om de grote beleidsvragen te omzeilen en mensen zich te laten afvragen of ze een biertje wilden drinken met de kandidaat in kwestie. Geen toeval dat ze zonder een spier te vertrekken een quasilekkerwijf met het IQ van een moslimterrorist naar voren schoven als kandidaat-VP. Daar willen heel wat mensen wel een biertje mee drinken, dachten ze.

Edoch. De Obama-campagne was zo sterk in het richten van de discussie op de inhoud, dat ze binnen een week door de mand viel. Biertje of geen biertje, men vindt haar dom en hoort liever Obama uitweiden over economische plannen.

Natuurlijk, de Democraten spelen ook vuil spel. Ze herhalen ook telkens dezelfde simpele boodschappen. Terecht overigens, een lik-op-stukstrategie is speltheoretisch gezien wel zo verstandig. Maar het is inmiddels wel zover dat Republikeinse senaatskandidaten zich beginnen te distantiëren van de vuige Karl Rove-tactieken, en het over inhoud willen hebben. Ze zijn als de dood geassocieerd te worden met iemand die onder de gordel trapt maar zelf niks te melden heeft.

Als er iets is dat de doorsnee westerse democratie hard nodig heeft, dan is het inhoud. Zeker in Nederland, waar het populisme van Geert Wilders en de ranzige campagnetactieken van het CDA het politieke debat hebben veranderd in een goedkope soap, maar dan met lelijke acteurs. Feiten en deskundigheid lijken er niet toe te doen. En als er één partij mee begint, holt de rest er achteraan, doodsbang voor de onnadenkende, geenstijl-lezende chagerijn achter de beeldbuis.

Ik hoop van harte dat een overwinning van Barack Obama het begin is van een trend. Soms zijn er dingen die mij niet snel genoeg de Atlantische Oceaan over kunnen waaien.