Oeps, en toen had ik het boek al weer uit… Het leest toch wat gemakkelijker weg dan ik dacht. Dat heeft natuurlijk ook met de herkenning te maken. Ikzelf ben in een streng christelijk gezin opgegroeid, en heb dus mijn hele jeugd rondgesjouwd en geworsteld met alle bijbehorende onzin, precies de onzin die Dawkins pagina na pagina onderuit haalt. Dat leest heel prettig.

Het gedeelte over god als wetenschappelijk te falsificeren hypothese is in feite maar een klein deel van het boek. Zoals ik al eerder zei, neemt hij zelf maar de taak op zich om god een beetje helder te definiëren, en gaat daarbij (uiteraard) uit van een scheppende god. In principe zijn er ook wel andere, niet creërende goden denkbaar, die wel invloed uitoefenen. Die zijn alleen niet zo dik gezaaid als de monotheïstische schepper, en vermoedelijk ook vrij eenvoudig af te serveren door die vermeende invloed eens kritisch door te lichten.

Een grote naam in de evolutiewetenschap heeft uiteraard weinig moeite om het creationisme te fileren. Zelf ben ik maar een werktuigbouwer, maar toch valt mij iets op dat nooit genoemd wordt in het debat tussen wetenschap en creationisme. Waar ik op doel is dat creationisten de vaardigheden van ontwerp en constructie als hoogste kracht in het universum zien. Ze kunnen zich eenvoudigweg niet voorstellen dat andere machten ook maar in de buurt van die vaardigheden kunnen komen. Maar ze hebben het daarmee wel over menselijke vaardigheden. Alleen bij menselijke activiteiten kun je dat proces waarnemen. Ik vind het nogal wat om dat dan meteen maar de extrapoleren op alle complexe structuren in het universum, en dat dan tot godsbewijs te promoveren. Denk bijvoorbeeld eens aan een relatief eenvoudig iets als een wervelstorm. Een vrij sterke, complexe structuur die ontstaat uit dode materie en blinde krachten. Of de prachtige, complexe structuren die je in het geulen- en prielenstelsel van het Wad aantreft. Deze ontstaan zonder twijfel door levenloze processen. Toch heeft het best lang geduurd voordat de mens dergelijke complexiteit wist te bereiken middels ontwerp en constructie.

Oftwel, wie is die creationistische mens wel niet, dat hij denkt dat zijn vaardigheden de machtigste zijn in het universum? Dat niet-lineariteiten, veel energie, natuurlijke selectie en onvoorstelbare hoeveelheden tijd wel eens een stuk machtiger zouden kunnen zijn dan de vaardigheden van een stel slimme apen, gaat het verstand van de creationist kennelijk ver te boven.

Wat daar nog bij komt, is dat het hele proces dat tot de moderne technologie heeft geleid, behoorlijk evolutionaire trekjes heeft. Het is een mythe dat er af en toe een geniale uitvinder is die een paar compleet nieuwe dingen ontwerpt, waarna de schepping van de techniek weer een stapje verder is. In de praktijk zitten mensen eindeloos te prutsen met werktuigen, machines en andere technische artefacten. Alles wat in de praktijk werkt en handig is, wordt vaker toegepast. Trial and error komt heel wat meer voor dan dat iemand aan een tekentafel een blauwdruk maakt voor een innovatie. De grote uitvindingen uit de geschiedenis blijken bij nader inzien het resultaat van een reeks verbeteringen aan iets wat al bestond. En meestal blijkt dan ook dat er heel veel mensen bezig waren om hetzelfde ding te verbeteren, alleen hebben die probeersels het niet gehaald.

Ontwerp en constructie zijn dus ook in de eerste plaats een kwestie van muteren en vermenigvuldigen van wat goed werkt. Het enige verschil is dat technici door hun kennis en inventiviteit gericht kunnen muteren, en dat ze er in slagen om een deel van het selectieproces op papier of in computersimulaties te laten plaatsvinden. Dit geeft de techniek een zeker voordeel ten opzichte van de natuur. Maar dit wil niet zeggen dat het systeem van ontwerp en constructie oppermachtig is. Alleen de mens past het toe, en op de schaal van het universum is de mens onbetekenend en bestaat zij nog maar net. Nog maar heel even en dan is het al weer voorbij. Dan is de mens uitgestorven en daarmee ook het enige aantoonbare wezen dat ontwerp en constuctie toepast. En gedurende miljarden jaren daarvoor en miljarden jaren daarna ontstaat er overal in het universum orde en wanorde door de optelsom van eenvoudige mechanismen en onvoorstelbare hoeveelheden tijd en energie.