Zoals bekend, dit weekend vond het Paastreffen plaats. Grote vraag voor mij als blogger is of ik over het treffen zelf zal spreken, of over hoe het met de fiets ging. Het antwoord is dat er veel mensen zijn die over het Paastreffen zullen berichten en dat een aanzienlijk deel van de ligloglezers er zelf aanwezig was, maar dat ik de enige ben die kan berichten over de Noordkaapfujin. Wel heb ik foto’s.

Over de fiets is er een beetje slecht nieuws en heel veel goed nieuws. Eerst maar het slechte nieuws: er is weer een lager gesneuveld. Op dezelfde plek, achter bij het freewheel. Blijkbaar is er meer aan de hand dan pech met een lager. Challenge gaat deze week eens goed naar de naaf kijken, dus dat komt verder wel goed.

Begin van het goede nieuws is trouwens dat een nieuw lager inzetten echt extreem simpel is: in principe zijn een stok en een steen genoeg gereedschap. Ik werd geholpen door een racefietser die behoorlijk verbaasd was toen ik met blote handen de achternaaf uit elkaar haalde en het oude lager er uit trok. Het stalen reservelagertje was toen snel geplaatst en ik kon weer verder. Best fijne eigenschap voor een reisfiets, als het repareren van een naaf nauwelijks meer werk is dan het plakken van een band.

Maar het echte goede nieuws is hoe de Fujin zich gedraagt als trekkingfiets. Ook met volle bepakking is de fiets stabiel en erg wendbaar. Binnenbochtvoet uitklikken en je kunt straatje keren op heel smalle weggetjes. Grind, zanderige bosweggetjes en glibberige paadjes gingen prima, zowel met als zonder bepakking. En dat op Durano’s, de bredere Kojaks komen nog.

Waarin de fiets echt uitblinkt, is klimmen en afdalen. Tussen Amerongen en Wageningen deed ik de eerste serieuze klim met de Fujin. Ik had niet verwacht dat het zo gemakkelijk zou gaan. Tuurlijk, de fiets is licht, mijn bagage is licht en ik ben zelf ook niet al te zwaar. Dat klimt snel. Maar lekker klimmen is meer dan dat. Dan moet de fiets ook nog prettig blijven sturen zonder dat het moeite kost, het schakelen moet goed blijven gaan. Eigenlijk moet het enige verschil met het vlakke zijn dat je op je middenblad rijdt in plaats van op de grote cirkelzaag.

En dat is precies wat de Fujin doet. Erg prettig als je tegen 3000 km fjorden aan zit te kijken.

Maar je moet ook weer naar beneden, en dat is wat ik altijd het minder leuke deel vind. Ik ben echt een angsthaas als het om afdalen gaat. Ik maakte me er nu toch wel een beetje zorgen om, aangezien bij lage snelheden de Fujin merkbaar nerveuzer is dan de Jester. En dan met die bagage en slechts één schijfrem…

Er was niets aan het handje. De fiets reed strak als een snaar naar beneden. Heel hard, dat wel. Maar geen bibbers, geen zwabbers, geen spoor van nerveus stuurkarakter. Gek genoeg bleef de fiets wel heel licht sturen. De Jester is helling-af ook zo stabiel als een huis, maar dan moet je er wel echt aan hangen om hem nog een bocht door te krijgen. De volgepakte Fujin bleef te sturen met een pink. Ik voelde me een stuk meer op mijn gemak dan ik me ooit op de Jester heb gevoeld bij een afdaling.

Dat eigenlijk wel een pak van mijn hart. Ik zag echt een beetje op tegen de lange steile afdalingen in Noorwegen. Ik heb er nu alle vertrouwen in dat deze fiets dat uitstekend aankan en dat ik het misschien niet eens heel eng ga vinden.

Op de terugweg ben ik nog aangenaam verdwaald in de bossen, waarbij ik heel wat heuveltjes en matige bospaadjes tegenkwam. Telkens weer genoot ik van hoe soepeltjes de fiets omhoog ging en hoe gecontroleerd naar beneden. Het gaat goed komen met deze sjeez.